Er waren negen soorten roofvogels: vier uilen, een wouw, een gier en een arend. De eerste uil was een kerkuil. De kerkuil leeft op zolders, in kerktoppen en verlaten gebouwen, omdat er daar veel muizen zitten. Hij leeft in België. De tweede uil was van Australia. De derde en de vierde uil waren een oehoe en een Afrikaanse uil. De uilen zien eigenlijk niet zo goed, maar ze horen heel goed. Je kan zien wanneer ze jagen aan hun oogkleur. Daarna waren het twee valken. De valken zijn één van de snelste vogels, de slechtvalk kan wel tot 390km/u vliegen in duikvlucht. De valken roepen vaak zodat hun prooi begint te lopen. Zo zien ze hun prooi. Dan was het een wouw. Een wouw kan heel goed mikken met zijn klauwen en kan zo snel stukjes voor je neus pakken. Dan zagen we nog een arend, een Chili arend. Hij leeft chili maar was geboren met één oog. Een arend en een buizerd lijken op elkaar, maar er zit een verschil bij de veren: een arend heeft veren op de volledige poot en de buizerd heeft er tot aan de knie. Als laatste zagen we een gier. Die was belangrijk omdat een gier alleen maar dode dieren eet. Alle bacteriën op het dode dier gaan weg als hij het opeet.
Lucca, Noah V. en Elias
(foto's: zie website)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten